(Bron PANNederland)
De plassen, meren en rivieren in Drenthe en Overijssel bevatten resten van tientallen bestrijdingsmiddelen die al jaren zijn verboden, zo blijkt uit gezamenlijk dataonderzoek van RTV Drenthe en RTV Oost. De omroepen namen de openbare meetresultaten van de waterschappen onder de loep, over de periode van 2016 tot en met 2020. Dat wijst er op dat sommige boeren toch nog gebruik maken van ernstige giftige middelen die eigenlijk verboden zijn door de overheid om dat ze mensen chronisch ziek maken en grote schade aanrichten aan de natuur.
Drenthe is een van de grootste landbouwprovincies van Nederland. Zo’n 70 procent van ons landoppervlak heeft een agrarische bestemming. “Dus het feit dat er bestrijdingsmiddelen worden gebruikt en in het water zitten, dat is niet verrassend”, begint wateronderzoeker Milo de Baat.
Vragen om manipulatie
Margriet Mantingh van het Pesticide Action Network Netherlands is kritisch op het huidige toelatingssysteem van bestrijdingsmiddelen. “Ten eerste moeten de toxiciteitstesten uitgevoerd worden door onafhankelijke wetenschappers en niet door de producent zelf, zoals nu gebeurt. Dat vraagt om manipulatie. Daarnaast moeten stoffen die heel moeilijk afbreekbaar zijn niet worden toegelaten. Dat gebeurt nog steeds, denk aan boscalid. Het kan drie jaar duren voordat de helft van die stof is verdwenen. Ook de effecten op het milieu worden veel te weinig getest.”
Eyeopener
Ook voor emeritus hoogleraar toxicologie Jacob de Boer (Vrije Universiteit Amsterdam) is er reden tot zorg. “De praktijk laat nu zien dat bestrijdingsmiddelen veel langer in het milieu blijven dan we eerder dachten.
Kritisch kijken naar de middelen van vandaag
Voor hoogleraar toxicologie Martina Vijver (Universiteit Leiden) zijn de onderzoeksresultaten des te meer reden om kritisch te kijken naar de middelen die vandaag de dag worden toegelaten op de markt.
Lees het hele bericht en bekijk de video met o.a. Margriet Mantingh van PAN Nederland